9 Mythes rond ADHD treft veel mensen. De laatste tijd kom ik veel artikelen tegen van vrouwen die ver in hun volwassen jaren de diagnose ADHD krijgen. Dat kan zijn omdat ze inmiddels zelf een kind hebben met de diagnose waarbij hun puzzelstukjes op hun plaats vielen. Of dat ze op een school terecht komen waarbij de ADHD kinderen zeggen: juf, u bent net zoals wij. Of een andere aanleiding. ADHD uit zich bij meisjes vaak anders dan bij jongens. Wanneer iemand ADHD zegt hebben we al gauw het beeld: drukke jongens, die niet af te remmen zijn. Hieronder 9 mythes van ADHD.
Mythe 1: ADHD is niet echt een medische aandoening
Attention Deficit Hyper Activity heeft een biologische basis. Onderzoek toont aan dat het het resultaat is van een onbalans in chemische boodschappers, of neurotransmitters, in de hersenen. De primaire symptomen zijn aandacht tekort, impulsiviteit en soms hyperactiviteit.
Mythe 2: ADHD is een moderne farce gecreëerd door de farmaceutische industrie
ADHD is geen modern fenomeen nog typisch Westers. Het is niet bedacht door de farmaceutische industrie of als reactie op de prestatiedrang op scholen. Wanneer je teruggaat in de medische literatuur dan kom je begin 1700 al beschrijvingen van dokters tegen van drukke, impulsieve en onoplettende kinderen, die nu de diagnose ADHD zouden krijgen.
Epidemiologische studies tonen aan dat wereldwijd ongeveer 5-6% van de bevolking deze symptomen heeft. Zou het een typisch Westers fenomeen zijn dan zou het percentage in De VS en Europa veel hoger liggen.
Mythe 3: ADHD is het resultaat van slecht ouderschap
Het probleem is geworteld in de hersenchemie, niet discipline. Juist overdreven streng ouderschap kan ADHD-symptomen verergeren. Zie mijn blog: Belonen, zoveel effectiever dan straffen
Mythe 4: ADHD treft alleen jongens
ADHD bij meisjes uit zich eerder in dromerig gedrag, waardoor een diagnose pas laat in het leven wordt gesteld met alle gevolgen van dien. Het potentieel van een vrouw blijft zo vaak onbenut.
Mythe 5: een kind dat zeer aandachtig met iets bezig kan zijn, kan geen ADHD hebben.
Het komt vaak voor dat een kind met ADHD in de ene omgeving zeer snel afgeleid is, maar bij een andere activiteit juist hyper gefocust is. ADHD betekent ontregelde aandacht,
Mythe 6: Kinderen met ADHD groeien er overheen.
Zoals in het begin al gezegd, krijgen vrouwen pas laat in hun leven de diagnose ADHD. Zou een kind er overheen groeien dan zouden deze vrouwen niet alsnog de diagnose krijgen.
Mythe 7: kinderen, die ADHD-medicijnen gebruiken zullen eerder drugs gaan gebruiken in hun tienerjaren.
Het tegenovergestelde is waar. Mensen met ADHD, die niet behandeld worden of het nu met medicijnen en/of gedragstherapie is, lopen meer risico alcohol of drugs te gaan gebruiken.
Mythe 8: kinderen, die begeleid worden bij hun aandoening, krijgen een oneerlijk voordeel.
Kinderen met ADHD zijn duidelijk in het nadeel binnen het schoolsysteem. De voorzieningen voor deze kinderen trachten dit nadeel zoveel mogelijk te verminderen.
Langdurige studies tonen aan dat de diagnose ADHD een groot aantal negatieve uitkomsten met zich meebrengt. O.a. het niet afmaken van de middelbare school, tiener zwangerschappen, auto-ongelukken, afgebroken carrières, financiële problemen enzovoorts.
Mythe 9: mensen met ADHD zijn dom of lui, ze stellen nooit iets voor.
Veel bekende, goed presterende personen uit het verleden zouden ADHD hebben gehad. Om er een paar te noemen: Mozart, Abraham Lincoln, Salvador Dali. De hedendaagse lijst in het bedrijfsleven omvat o.a. Richard Branson van Virgin en Sandra Scott van Chataway School en Chatfit, zie mijn blog over Leeruitdaging: een geheim wapen